maandag 9 december 2013

Godfried Bomans

Godfried Bomans
Aan de Bierkade te Den Haag laat Godfried Bomans op 2 maart 1913 voor het eerst van zich horen. Maar het gezin Bomans verhuist een half jaar later naar Haarlem. Bomans krijgt een strenge opvoeding. Hij schrijft daarover: "Het voordeel van een Spartaanse en gevoelsarme opvoeding is dat alles later meevalt en steeds feestelijker wordt, maar het nadeel is ook niet mis. Je houdt je hele leven de trekken van een jongetje dat lief gevonden wil worden". Zijn strenge en afstandelijke opvoeding bepaalt mede zijn ontwikkeling.
Ook het rooms-katholieke geloof is van invloed. Bomans bewaart goede herinneringen aan de kerkelijke geborgenheid. Een geborgenheid die hij ook in zijn latere leven zal blijven zoeken. Nochtans verzet hij zich tegen het gezagsgetrouw aannemen van zaken die tegen het gezond verstand indruisen. In zijn laatste levensjaren maakt hij zich de tolk van het katholieke volksdeel door hun problemen helder te verwoorden en die tot juiste proporties terug te brengen.
Reeds in zijn schooltijd heeft Bomans literaire belangstelling; is redacteur van diverse schoolkranten en publiceert korte verhalen. In 1932 schrijft hij het kolderdrama Bloed en liefde, dat in 1937 uitgegeven zal worden.Het is een aanzet tot de karakteristieke ‘Bomansiaanse humor’, die met ironie en komisch aandoende archaïsmen bestaande genres als sprookje, melodrama, biografie en detectiveverhaal parodieert. De opvoering in de Jans Schouwburg te Haarlem is een triomf. Ook nu nog is het stuk een topper bij amateurtoneelgezelschappen.
In 1933 gaat Bomans rechten studeren te Amsterdam en wordt redacteur van het rooms-katholieke studentenblad De Dijk. Hierin publiceert hij gedichten, kritieken en korte verhalen. Enkele verhalen beschrijven de herinneringen van een oud-minister van onderwijs, kunsten en wetenschappen. Zij leiden tot zijn erkende literaire debuut: De memoires of gedenkschriften van Mr. P. Bas, dat december 1936 in boekvorm verschijnt. Invloeden van Charles Dickens en Hildebrand (Camera Obscura) zijn onmiskenbaar aanwezig. Het leven in Amsterdam bevalt hem niet. De sfeer is hem te kil, niet knus genoeg. In 1939 breekt hij zijn studie abrupt af en reist naar Nijmegen teneinde daar psychologie te gaan studeren. Ondanks de eerste oorlogsjaren, voelt hij zich in deze ‘katholieke’ stad meteen thuis. Hij leert daar zijn echtgenote kennen en schrijft er zijn meest succesvolle boek Erik of het klein insectenboek. In het eerste jaar komen tien (!) drukken uit. De studie mislukt daarentegen en in 1943 keert hij terug naar Haarlem.
Vanaf 1946 publiceert Bomans met grote regelmaat ( Sprookjes, Kopstukken, Buitelingen...). Het succes is groot, hetgeen vooral te danken is aan zijn humoristische en daardoor relativerende benadering van maatschappelijke problemen. Men gaat gebukt onder de nasleep van de oorlog, maar Bomans stemt weer tot vrolijkheid. "Humor is overwonnen droefheid", zegt hij. Bij Elseviers Weekbladen De Volkskrant (waarin hij met de tekenaar Carol Voges de strip Pa Pinkelman doet verschijnen) wordt hij redacteur. Elke dag schrijft hij een column en is daarmee een pionier van dit genre in Nederland.
Als radio en televisie hem vragen in programma's op te treden, neemt hij deze verzoeken graag aan. Allengs wordt hij een 'bekende Nederlander'. De daaraan verbonden nadelen treden echter ook op. Men dringt onophoudelijk aan en Bomans kan geen 'nee' zeggen. In 1971 bivakkeert Bomans op uitnodiging van VARA en AVRO een week alleen op het onbewoond waddeneiland Rottumerplaat, reist Vlaanderen rond om bekende Vlamingen te interviewen voor de BRT, gaat naar Engeland op zoek naar spoken voor de NCRV, houdt een vraaggesprek (zijn laatste!) met Johan Cruyff, blijft dagelijks schrijven... De vermoeienissen eisen echter hun tol. Op 22 december 1971 overlijdt Godfried Bomans aan de gevolgen van een hartaanval.
Hij heeft dan meer dan 60 boektitels op zijn naam staan en is bijzonder populair. Bomans was veelzijdig, had vele gezichten en speelde allerlei rollen. Het valt nauwelijks uit te maken of hij een humorist was die ernstig wilde zijn, of een ernstig mens die voor humorist speelde. Humor is in elk geval wèl een van zijn opvallendste kenmerken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten